12 november 2024
Marc de Vries over meststoffenwet
De Eerste Kamer debatteerde op dinsdag 12 november over de wijziging van de meststoffenwet. De bijdrage van SGP-Senator Marc de Vries is hieronder te lezen.
De mestproductieplafonds zijn geen doel in zichzelf maar beogen bij te dragen aan de kwaliteit van water en bodem. Tussen de invoering van nieuwe productieplafonds en een verbetering van bodem- en waterkwaliteit zit een complex proces. Op onze schriftelijke vragen naar de effectiviteit van deze wetswijziging was dan ook het antwoord vaak: het is niet goed in te schatten wat er zal gebeuren. Blijkbaar is er veel onzekerheid over de vraag of de doelen met deze middelen bereikt worden. Dat is wat onze fractie betreft een belangrijke zwakte in het wetsvoorstel.
Een belangrijke beperking van middelsturing is dat hierin de professionaliteit van de boer gemakkelijk tekort gedaan wordt. Onze fractie is verheugd over het feit dat de minister wil streven naar meer doelsturing door middel van kritische prestatie indicatoren (KPI’s). Dit roept wel de vraag op hoe een en ander zich verhoudt tot het voornemen van de minister om vooralsnog de concrete invulling van de wet vorm te geven door middel van algemene maatregelen van bestuur.
Wanneer wordt dan de daadwerkelijke overgang op doelsturing gerealiseerd? Is er een traject uitgezet waarmee vanaf medio 2025 al de eerste KPI’s worden vastgesteld? Hoe ziet dat er uit?
Wijzigingen in afromingspercentages en plafonds kunnen grote gevolgen hebben. De prijs voor lease zal naar alle waarschijnlijkheid fors omhoog gaan. Jaar op jaar fluctueert het aantal dieren dat veehouders hebben. Door te focussen op leasen binnen langdurige relaties worden varkens- en pluimveehouderijen in het wetsvoorstel benadeeld ten opzichte van melkveehouderijen. De melkveehouderij heeft volgend jaar een groot probleem. Als de productie op niveau blijft en de derogatie naar verwachting afgebouwd wordt, kan een deel van de mest gewoon niet geplaatst worden. De minister wil dit effect niet meerekenen, omdat ze niet weet hoe groot het zal zijn. Is het niet mogelijk om, in plaats van bij voorbaat mogelijk te streng te zijn, op een later moment aan de afromingsknop te draaien als je constateert dat het genoemde effect niet optreedt?
Tenslotte danken wij de minister voor de beantwoording van onze vele schriftelijke vragen en we zien uit naar de beantwoording van de in dit debat door onze fractie gestelde vragen.