15 februari 2022

Senator Schalk over regeringsverklaring

Lees of bekijk hier de bijdrage van SGP-Senator Peter Schalk aan de Algemene Politieke Beschouwingen na de Regeringsverklaring. In zijn bijdrage staat het boek ‘De Jongen, de Mol, de Vos en het Paard’ centraal. 

Bij de vorige Algemene Politieke Beschouwingen liet ik een stukje muziek horen. Ik heb van u begrepen dat dit niet meer de bedoeling is. Vandaar dat ik nu gekozen heb voor iets anders, namelijk een boek. Het is een presentje voor de minister-president, als representant van het vierde kabinet dat zijn naam draagt. Een cadeautje is wel op zijn plaats.

Misschien denkt hij: “Nee, niet weer een boek”. Maar, dit boek is wel heel bijzonder, het is een soort veredeld prentenboek, dat binnen een jaar al ruim 20x herdrukt is. Volgens de schrijver Charlie Mackesy is het een boek voor iedereen, of je nu 8 of 80 bent. Titel: De Jongen, de Mol, de Vos en het Paard. De jongen is eenzaam, de mol houdt van taartjes, de vos is zenuwachtig en het paard is wijs. De jongen maakt eerst kennis met de mol.
“Ik ben zo klein”, zei de mol.
“Ja”, zei de jongen, “maar je maakt een groot verschil”.

Dat is een mooie les, ook voor mijn eigen partij: in de komende kabinetsperiode zal de SGP proberen het verschil te maken, door onze gebruikelijke houding: gouvernementeel en constructief-kritisch, zolang de regering met goede voorstellen komt.

Als de jongen en de mol nog maar net onderweg zijn, zien ze een uitgestrekt landschap. De jongen vraagt: “Wat is dat daarginds?”
“Da’s de wildernis”, zei de mol. “Wees er niet bang voor”.
Misschien is dat een mooie les voor het nieuwe kabinet. Angst is een slechte raadgever. Daarom, wees niet bang, maar wel alert, juist ook als het gaat om de veiligheid. De oplopende spanningen tussen Rusland en de Oekraïne maken duidelijk dat er zo maar een brandhaard in de achtertuin van Europa kan ontstaan en dat de wereldvrede bepaald nog niet is uitgebroken. Ook daarom moet NL investeren in defensie zodat we onze NAVO-verplichtingen kunnen waarmaken. De minister-president heeft in de vorige kabinetsperiode mij ervan verzekerd dat het in 2024 op orde zou zijn. Op welke wijze gaat dit kabinet die toezegging waarmaken? Veiligheid is zeker geen vanzelfsprekendheid, en het is niet alleen een internationaal thema. Ook in eigen land moet dat onze aandacht hebben. De politie, de veiligheidsdiensten, alle hulpverleners moeten veilig kunnen werken, ongehinderd. Welke extra maatregelen zet de nieuwe regering in voor het handhaven van onze rechtsstaat? De jongen en de mol ontmoeten een vos, maar die zit in een valstrik. De vos dreigt:
“als ik bij je kan komen, dan maak ik je dood”.
Maar de mol draait het om: “Als jij in die val blijft zitten, dan ga je dood”, zei de mol.

Dat is de harde praktijk. Als wij mensen laten vastzitten in de drugs, door de gelegenheid te blijven bieden om te starten met gelegaliseerde drugs, wiet, en weet ik wat voor rommel allemaal, dan gaan ze er aan kapot, samen met degenen die hen lief zijn. Durf er een einde aan te maken. Hoe rijmt de minister-president de effectieve preventieaanpak ter voorkoming van problematisch gebruik van drugs met dat verschrikkelijke experiment?

Of als mensen vastzitten in de prostitutie, dan moeten we ze daar toch uithelpen. Wanneer komt de regering met een harde aanpak? Kan de regering een tijdpad schetsen over de intensivering van uitstapprogramma’s? Of neem de stroom van ellende rond de seksuele intimidatie van vrouwen, die allerwege openbaar komt: is dit niet het moment om eens te kijken naar wat we allemaal durven te vertonen op de publieke omroep? Als daar schaamteloos van alles en nog wat, ook op seksueel gebied, vertoond wordt, vinden we het dan gek dat dit ook in de echte wereld plaatsvindt? De mol in dit boekje durfde het aan om de vos te bevrijden, door met zijn kleine tandjes de valstrik door te knagen.

Mijn vraag aan het nieuwe kabinet: Hoe gaat u de valstrikken van drugs, van porno, van prostitutie, van criminaliteit, van ondermijning te lijf? De jongen, de mol en de vos trekken samen verder. Ze kijken naar het landschap, waarboven een vallende ster. En wat staat daarbij? “Zoveel moois om voor te zorgen”.

Als het kabinet dat nu voor ogen houdt: zoveel moois om voor te zorgen. Ik noem maar wat thema’s:

  • De vrijheid van onderwijs, uniek in de wereld: koester dat. En zorg voor goede aansluiting voor iedereen, door terug te gaan naar de basisbeurs. Op welke termijn verwacht de minister-pr dat dit gerealiseerd kan worden?
  • Of neem de volksgezondheid: nu heerst de coronapandemie, straks weer wat anders. Zorg alstublieft voor de zorgwerkers. Zorg voor een zorgsysteem dat niet kraakt in zijn voegen, maar dat steunt op een stevig fundament, zowel qua kennis als financieel.
  • En bewaak de grenzen van de medische ethiek, ook bij initiatiefwetten vanuit de Tweede Kamer. De SGP zal daarbij vooral letten op de moraal rond leven en dood, vanuit de Bijbelse notie dat leven beschermwaardig is, omdat we het zelf niet kunnen maken, maar omdat het leven daadwerkelijk een Godsgeschenk is.
  • Of neem het geld en de economie: tot mijn schrik zag ik dat minister Hoekstra de sleutel van de schatkist digitaal overhandigde aan minister Kaag. Voorheen is mij altijd verteld dat die bewuste sleutel kwijt was. Nu hij blijkbaar gevonden is stroomt het geld weg naar allerlei fondsen: Hoe voorkomen we dat de schulden bij de volgende generatie terecht komen? En hoe houden we de staatsschuld in de hand?
  • Economisch gezien staan we er niet slecht voor. Zorg dat iedereen er van kan profiteren, niet alleen het grootbedrijf en het MKB, maar ook de werkenden. Zij verdienen uiteindelijk het geld. Laten we hen daar dan ook voor belonen, door een eerlijk belastingsysteem te bouwen, waar oog is voor de lager betaalden. Wat gaat het kabinet doen aan de marginale druk, waardoor de laagst betaalden over elke extra verdiende euro 80 cent belasting moeten betalen? En wat eenverdieners betreft met een modaal salaris: zij betalen nog steeds tot bijna 7x zoveel belasting als tweeverdieners. Gaat de nieuwe staatssecretaris de kloof nu echt aanpakken? Ook ligt er nog een wetsvoorstel over niet-indexeren van de kinderbijslag. Is de regering bereid dit in te trekken?

Er zijn nog 2 belangrijke lessen in dit boek. In de 2e termijn zal ik de laatste wijze les noemen, daarna geef ik pas dit boek om te voorkomen dat we de minister-president als gesprekspartner kwijt raken.

Nu dus nog 1 les, en wel over de bestuurscultuur. De SGP-fractie zal letten op de woorden en de daden van het nieuwe kabinet, vanuit de wetenschap dat wij geroepen zijn om deze verantwoordelijkheid te dragen. Daarbij laat ik mij leiden door de Bijbel als het Woord van God dat heilzaam is voor iedereen. Anderen doen dat vanuit hun eigen overtuiging, en de regering doet haar werk namens de vier coalitiepartijen. Maar de vraag dringt zich op, hoe doen wij ons werk? Misschien moeten we daar even extra bij stilstaan in onze Chambre de réflection. Zeker ook omdat in de aanloop naar de regeringsverklaring keer op keer is gehamerd op een nieuwe bestuurscultuur. Wat bedoelen we daar nu eigenlijk mee?, zo vraag ik aan de minister-president.

In zelfreflectie naar mijn collega-senatoren: Is die oproep alleen maar gericht op de bewindslieden? Dat zou gemakkelijk zijn. Dan is het prijsschieten. Want, mijn fractie maakt zich grote zorgen over de hoge toon waarop het publieke debat gevoerd wordt. Natuurlijk, er is vrijheid van meningsuiting, maar dat betekent niet dat je zo maar alles moet zeggen. In een gesprek tussen de jongen en de mol wordt het kernachtig verwoord: “Een van onze grootste vrijheden is hoe we op dingen reageren”.

Dat is een waar woord, want het is niet om het even hoe we met die vrijheid omgaan. Het is opvallend dat de Bijbel veel wijze lessen geeft, juist over onze woorden. Denk aan de wijze Salomo, als hij zegt dat “een zacht antwoord de grimmigheid afkeert, maar dat een smartend woord de toorn doet oprijzen”. In het Nieuwe Testament staat een tekst van Paulus die mij persoonlijk altijd zeer aanspreekt: “Laat uw woorden met aangenaamheid zijn”, oftewel vriendelijk, “en met zout besprengd”. En u weet: zout is bederfwerend en smaakmakend. Wordt zo het debat niet in de kiem gesmoord? Nee, het debat wint aan kracht als we met respect naar elkaar luisteren en met elkaar spreken. Politici ontlenen hun gezag niet aan veel geschreeuw en weinig wol. En, als wij er hier maar op los tetteren, dan zal de samenleving ons voorbeeld volgen. Wie wind zaait zal storm oogsten! Daarom, als wij ons zorgen maken over de hoge toon van het publieke debat, als wij ons zorgen maken over de veiligheid van onze bewindslieden en onze collega-parlementariërs, dan moeten we in de spiegel durven kijken.

Een nieuwe bestuurscultuur begint hier, niet alleen bij de minister-president en zijn kabinet, niet alleen bij mijn collega’s, maar hier: achter dit katheder, bij mij. Oftewel, iedereen die hier spreekt draagt bij aan de nieuwe bestuurscultuur! Mijn oproep is: laten we samen deze verantwoordelijkheid oppakken, waardig en met passie.