16 februari 2016

Afpakken Nederlanderschap terroristen

 

Wie zich schuldig maakt aan terrorisme en zo tracht onze vrije samenleving te ontwrichten, is het Nederlanderschap onwaardig. Het ontnemen van het Nederlanderschap zou in dergelijke gevallen zonder omwegen moeten plaatsvinden. Senator Van Dijk betreurt het dat het wetsvoorstel om het Nederlanderschap te ontnemen slechts een slap aftreksel vormt van de oorspronkelijke bedoelingen.

Plenair EK – Ontnemen Nederlanderschap bij terrorisme (34 016)
mr. D.J.H. van Dijk (SGP)
16 februari 2016

 

Churchill
Vz. In zijn strijd met het gewelddadige regime van Adolf Hitler schreef Winston Churchill in 1939 de volgende woorden:

“Het zou noch juist, noch redelijk zijn wanneer de mogendheid die zich aan agressie schuldig maakt een gehele reeks voordelen zou genieten door alle verdragen te verscheuren, en daarenboven nog een andere reeks voordelen door zich te verschuilen achter het ingeboren respect dat haar tegenstanders jegens de wet koesteren.”

Churchill constateerde dat de vrije landen zich opknoopten aan mooie, goedbedoelde verdragen. De vredelievende landen werden naar zijn beleving op een levensgevaarlijke achterstand gezet
Natuurlijk is het ene gevecht het andere niet. De strijd tegen het naziregime is een andere dan tegen het internationale islamitisch terrorisme, hoewel de positie van de Joden in beide gevechten opvallend is. We moeten het signaal van Churchill in ieder geval ter harte nemen. Hoe voorkomen we dat op zichzelf waardevolle verdragen ons onnodig hinderen in de strijd tegen terreur? We kunnen ons namelijk niet vleien met de gedachte dat we de oorlog hoe dan ook wel zullen winnen.

Ook verdragen moeten soms aangepast worden aan de tijd. Het is vreemd om te suggereren dat verdragen in marmer gebeiteld zouden zijn. Aanscherping van verdragen is niet bij voorbaat in strijd met de mensenrechten. In zijn inbreng als Tweede Kamerlid heeft deze minister terecht benadrukt dat verdragen op specifieke punten modernisering verdienen. De SGP-fractie steunt die inzet. Dit geldt ook het Europees verdrag inzake nationaliteit en het Verdrag tot beperking der stateloosheid. Heeft de regering inmiddels informatie ontvangen van de Raad van Europa over de visie en werkwijze van andere verdragsstaten? Wil de regering een voortrekkersrol gaan vervullen om dergelijke verdragen bij de tijd te brengen?

De SGP-fractie vindt het belangrijk om te constateren dat staatloosheid op basis van de huidige verdragen niet absoluut verwerpelijk is. Hoe je het ook wendt of keert, staatloosheid wordt bewust geaccepteerd als de nationaliteit door valse informatie is verkregen. Het gaat hier inderdaad om een bijzondere situatie. Maar als staatloosheid wegens bedrog acceptabel is, zou dat volgens de SGP zeker ook het geval moeten zijn bij terreur. De eerste categorie betreft eigenlijk een zaak van administratieve rechtvaardigheid, in het geval van terreur kunnen zelfs vele mensenlevens in het geding zijn. Ik wil de regering vragen hier een diepgaande weging van te geven. Zijn we op dit punt, met alle goede bedoelingen, toch niet teveel met een boekhoudersmentaliteit bezig?

Als het gaat om het verlies van het Nederlanderschap van rechtswege gaat de regering erg kort door de bocht. De voormalige minister heeft gesteld dat er geen juridische ruimte is voor verlies van rechtswege. Dat vind ik een merkwaardige stelling, want in het Europees Verdrag inzake Nationaliteit staat het verlies van rechtswege klip en klaar vermeld. Het gaat dan om de vreemde krijgsdienst en het ligt in de rede om de moderne vormen daarvan - zoals deelname aan de IS-horden met wie Nederland in gevecht is - ook onder deze grond te scharen. Dat was precies de spits van de motie Dijkhoff, die ten grondslag ligt aan dit voorstel. Ik zou daar dus graag een nadere onderbouwing bij vernemen.

En wanneer de regering werkelijk meent dat bij intrekking van het Unieburgerschap altijd een proportionaliteitstoets verplicht is, wat is dan de reactie van de regering op het feit dat de uitleg van het Europees Hof kennelijk haaks staat op de tekst van het Verdrag? Is dat hoe dan ook geen reden om het Verdrag eens te herzien?

De regering verwijst ter onderbouwing van het voorstel telkens naar het arrest-Rottmann. Ik wijs erop dat de noodzaak van proportionaliteit in deze zaak is ingegeven door twee belangrijke omstandigheden:
1. Het Unieburgerschap was in het geding vanwege verkrijging door bedrog;
2. Het gevolg van staatloosheid was aan de orde.
Onderkent de regering dat in ieder geval buiten deze situaties ruimte is voor verlies van rechtswege? Waarom wordt de ruimte niet benut in situaties waar Unieburgerschap en staatloosheid niet aan de orde zijn?

Als we bij terroristen soms beperkt zijn door het verbod op staatloosheid, is het wat de SGP-fractie betreft zaak om het verschil tussen terroristen zo klein mogelijk te houden. Het is moeilijk te verteren dat een terrorist met alleen de Nederlandse nationaliteit beter af is dan een terrorist met een dubbele nationaliteit die niet uitgezet kan worden. De laatste heeft als vreemdeling in Nederland beduidend minder rechten.

Het zou goed zijn als de terroristen die het Nederlanderschap mogen behouden zoveel mogelijk voorrechten van het burgerschap worden onthouden. Kan de regering aangeven hoe zij hiermee omgaat? Welke mogelijkheden ziet zij om op deze manier de ongelijkheid tussen terroristen te verkleinen?

Uitlevering

Vz. Het wetsvoorstel beoogt om in voorkomende gevallen terroristen uit te kunnen zetten. Ik wil daarom nog het volgende aanstippen. Ook West-Europa is geconfronteerd met gruwelijke terroristische aanslagen. Als de daders het overleven, rijst de vraag wat een rechtvaardige straf is, die recht doet aan het leed van slachtoffers. In verschillende landen kunnen terroristen de doodstraf krijgen. Ik noem de Verenigde Staten. Een huiveringwekkende straf!

In de ogen van de SGP kan dit echter een rechtvaardige straf zijn in geval van extreem terroristisch geweld; denk aan Parijs. Wie het geschapen leven serieus neemt, is bereid hierover na te denken. Het is geen teken van humaniteit als de doodstraf in geen geval mogelijk is. In een substantieel deel van onze samenleving sluimert dit rechtsgevoel.

Nu is het echter zo dat als een terrorist een aanslag pleegt in bijvoorbeeld de VS en hij vlucht naar Nederland, hij niet kan worden uitgeleverd aan de VS, omdat hij daar de doodstraf kan krijgen. Als Osama bin Laden was opgepakt in Nederland zou hij niet aan de VS zijn uitgeleverd. Is dát redelijk?

Ik vraag aan de minister: Is dit geen aanmatigende handelwijze richting dergelijke democratische rechtstaten, die nota bene bondgenoot zijn in de strijd tegen terreur? Is de minister bereid om deze handelwijze ter discussie te stellen en te corrigeren?

 

dank u wel